Zijn naam is Mohammed Al-Amien ibn Mohammed Al-Mokhtaar ibn 'Abdoelqaadir Al-Djekny Ash-Shinqietie. Hij werd geboren in 1320 Hidjrah in Chinguetti, Mauritanië, in een familie die zowel uit mannelijke als vrouwelijke geleerden bestond. Hoewel zijn ouders stierven toen hij nog erg jong was, studeerde hij bij zijn oom en tante van vaderskant, bij wie hij later ging inwonen. Hij studeerde met de grote sjoeyoekh (mv. van sjeikh) van dat land de Qoer'aan, fiqh[1], onder de Maliki madh-hab[2], tafsier[3], hadieth[4], oesoel[5], nahoe[6], sarf[7], balaaghah[8], dichtkunst en andere Islamitische wetenschappen. Hij onderwees en werd in dat land een beroemde rechter. Later wilde Frankrijk hem uitgeleverd hebben en werd daar tot de dood veroordeeld omdat hij zich niet aan de Franse autoriteiten had overgeleverd (Frankrijk had dat land gekoloniseerd, samen met andere Noord-Afrikaanse landen aan de Middellandse Zee.) Hij ontsnapte hen dus.
In 1367 Hidjrah verrichtte hij de Hadj, en gaf lessen in de Moskee van de Profeet toen hij in Medina was. Toen de verantwoordelijken van de moskee zich bewust werden van hem, vroegen ze hem te blijven om te onderwijzen en dit op verzoek van koning Abdoel-Aziez Al-Saud. Vervolgens, na verschillende posities in het onderwijs daar, begon hij in 1381 te onderwijzen aan de Islamitische Universiteit van Medina, toen die werd geopend.
His name is Muhammad Al-Ameen ibn Muhammad Al-Mokhtaar ibn 'Abdulqaadir Al-Djekny Ash-Shinqieti. He was born in 1320 Hijrah in Chinguetti, Mauritania, into a family that consisted of both male and female scholars. Although his parents died when he was very young, he studied with his paternal uncle and aunt, with whom he later went to live. He studied with the great shyuukh (pl. of sheikh) of that country the Qur'an, fiqh[1], under the Maliki madh-hab[2], tafseer[3], hadith[4], usul[5], nahu[6], sarf[7], balaaghah[8], poetry and other Islamic sciences. He taught and became a famous judge in that country. Later, France wanted him extradited and was sentenced to death there for not surrendering to the French authorities (France had colonized that country along with other North African countries on the Mediterranean). So he escaped them.
In 1367 Hijrah he performed Hajj, and gave lessons in the Prophet's Mosque when he was in Medina. When those in charge of the mosque became aware of him, they asked him to stay and teach at the request of King Abdul-Azeez Al-Saud. Then, after several teaching positions there, he began teaching at the Islamic University of Medina in 1381 when it opened.